Onderhoud
De spannings- en doorgangstester heeft bij
normaal gebruik (= volgens deze handleiding)
geen bijzonder onderhoud nodig. Mochten er
desondanks tijdens het gebruik onvolkomenhe-
den optreden, dan zullen wij het instrument
voor u controleren/repareren.
Als het apparaat langdurig niet wordt ge-
bruikt, moeten de batterijen worden ver-
wijderd om gevaar of beschadiging door
lekkende batterijen te voorkomen.
Reiniging
Voordat u het instrument reinigt, dient deze
eerst van ieder spanningscircuit gescheiden te
worden. Als het instrument wegens het dage-
lijkse gebruik vies wordt, dan kan het met een
vochtige doek en wat mild schoonmaakmiddel
gereinigd worden. Gebruik hiervoor nooit een
agressief schoonmaak- of oplosmiddel. Na rei-
niging de spanningstester circa 5 uur niet ge-
bruiken.
Calibratie-interval
Om de nauwkeurigheid van de meetresultaten
te behouden, dient de spanningstester regel-
matig bij ons gecalibreerd respectievelijk ge-
controleerd te worden. Wij raden u een calibra-
tie-interval van 1 jaar aan.
Vervangen batterijen
Als bij het kortsluiten van de proefpunten de
LED Rx/Ω niet brandt, moeten de batterijen
worden vervangen.
• De T100/T120/T140 losnemen van het test-
object.
• Het batterijvak in de richting van de pijl draa-
ien (bijvoorbeeld met een muntstuk), openen
en eruit trekken. Indien nodig het batterijvak
met een schroevendraaier oplichten.
• Gebruikte batterijen eruit halen.
• Nieuwe batterijen (1,5 IEC LR03) erin stop-
pen. Houd daarbij de juiste polariteit in de
gaten.
• Batterijvak op de juiste manier terugplaatsen
en sluiten.
Fluke T100/120/140
Uitvoeren van metingen
11
PFDB67410000.qxd 14.11.2006 9:26 Uhr Seite 11