Sony SDM-S73E Computer Monitor User Manual


 
21
NL
Het beeld flikkert, springt,
oscilleert of is vervormd.
Pas de pitch en fase aan (alleen SDM-S73E/S74E analoog RGB signaal) (pagina 14).
Probeer de monitor aan te sluiten op een ander stopcontact, bij voorkeur op een ander circuit.
Verander de stand van de monitor.
x
Probleem dat wordt veroorzaakt door de computer of andere apparatuur die
is aangesloten en niet door de monitor
Raadpleeg de handleiding van de grafische kaart voor de juiste instelling van de monitor.
Controleer of de grafische modus (VESA, Macintosh 19'' Color, enzovoort) en de
frequentie van het ingangssignaal worden ondersteund door deze monitor. Zelfs als de
frequentie binnen het juiste bereik ligt, hebben bepaalde grafische kaarten een
synchronisatiepuls die te smal is om correct te worden gesynchroniseerd door de monitor.
Deze monitor verwerkt geen interlace-signalen. Stel deze in op progressive-signalen.
Pas de frequentie voor vernieuwen (verticale frequentie) van de computer aan om een
optimaal beeld te verkrijgen.
Het beeld is wazig. Pas de helderheid en het contrast aan (pagina 13).
Pas de pitch en fase aan (alleen SDM-S73E/S74E analoog RGB signaal) (pagina 14).
x
Probleem dat wordt veroorzaakt door de computer of andere apparatuur die
is aangesloten en niet door de monitor
Stel de resolutie in op 1280 × 1024 op de computer.
Echobeeld (ghosting). Gebruik geen videoverlengsnoeren en/of videoschakeldozen.
Controleer of alle stekkers goed vastzitten.
Het beeld is niet gecentreerd of
heeft niet de juiste afmetingen.
(alleen SDM-S73E/S74E analoog
RGB signaal)
Pas de pitch en fase aan (pagina 14).
Pas de positie van het beeld aan (pagina 15). Houd er rekening mee dat in bepaalde
videostanden het scherm niet volledig wordt gevuld.
Het beeld is te klein. x
Probleem dat wordt veroorzaakt door de computer of andere apparatuur die
is aangesloten en niet door de monitor
Stel de resolutie in op 1280 × 1024 op de computer.
Het beeld is donker. Pas de achtergrondverlichting aan (pagina 13).
Pas de helderheid aan (pagina 13).
Pas de gamma aan met het GAMMA menu. (pagina 16).
Na het inschakelen van de monitor duurt het enkele minuten voordat het scherm oplicht.
Het scherm wordt wellicht donkerder, afhankelijk van de geselecteerde ECO modus.
Golvend of elliptisch patroon
(moiré) is zichtbaar.
Pas de pitch en fase aan (alleen SDM-S73E/S74E analoog RGB signaal) (pagina 14).
De kleur is niet gelijkmatig. Pas de pitch en fase aan (alleen SDM-S73E/S74E analoog RGB signaal) (pagina 14).
Onzuivere witweergave. Pas de kleurtemperatuur aan (pagina 15).
De toetsen van de monitor werken
niet ( verschijnt op het
scherm).
Als TOETSEN SLOT is ingesteld op AAN, stelt u deze in op UIT (pagina 17).
Het scherm wordt na enige tijd
uitgeschakeld.
x
Problemen die worden veroorzaakt door de aangesloten computer of
andere apparatuur
Schakel de stroomspaarstand van de computer uit.
De resolutie die op het
menuscherm wordt weergegeven,
is onjuist.
Afhankelijk van de instelling van de grafische kaart, kan de resolutie die op het
menuscherm wordt weergegeven, niet overeenkomen met de resolutie die in de computer
is ingesteld.
Nadat de stroom is uitgeschakeld,
blijft het 1 (stroom) lampje enige
tijd branden.
Als de stroom is ingeschakeld maar de 1 (stroom) schakelaar is niet ingedrukt of als de
monitor in de stroomspaarstand staat en u de MAIN POWER schakelaar uitschakelt,
wordt het 1 (stroom) lampje wellicht niet direct uitgeschakeld. Dit duidt niet op een
storing.
Probleem Controleer deze punten