34007117NL/AB - Pagina 19
1
2
%
%
1
2
%
%
3. Gebruik
3.3 Energievoorziening door batterij (bij afwezigheid van de netspanning)
Overschakelen op batterij
Als de netspanning buiten toleranties is, brandt LED 11 .
Tijdens ontlading van de batterij laat de buzzer om de 10 seconden een
biep horen.
De op de UPS aangesloten apparatuur blijft stroom krijgen van de
batterij.
Alarmgrens einde autonomie batterij bereikt
Als de alarmgrens bereikt is laat de buzzer om de 3 seconden een biep
horen.
Deze alarmgrens kan klantspecifiek worden ingesteld via de “UPS
Driver” software.
De batterij heeft dan nog maar een geringe autonomie, en sluit alle
toepassingen want de UPS gaat weldra automatisch uitschakelen.
Als het einde van de batterij-autonomie bereikt is, schakelt de UPS uit
en zijn alle LED’s uit.
16
De op de UPS aangesloten apparatuur krijgt geen stroom meer.
De UPS schakelt automatisch weer in bij terugkeer van de netspanning.
Als de UPS niet automatisch weer inschakelt, moet gecontroleerd worden of de automatische inschakelfunctie bij terugkeer
van de netspanning niet uitgeschakeld is (zie hoofdstuk 3.4 “Specifieke programmering”).
16