Filter
Top Products
Snelle naslaggids 27
Geluidssignalen
Uw computer kan tijdens het opstarten een reeks tonen laten horen als het beeldscherm geen
fouten en problemen kan weergeven. Deze tonenreeksen, ook wel tonencodes genoemd, duiden
de oorzaak van een probleem aan. Een tonencode kan bijvoorbeeld bestaan uit één toon, dan drie
tonen achter elkaar en ten slotte weer één toon (code 1-3-1). Deze tonencode duidt erop dat de
computer een geheugenprobleem heeft gesignaleerd.
Als uw computer tijdens het opstarten een geluidssignaal afgeeft, doet u het volgende:
1
Noteer de tonencode.
2
Zie “Dell Diagnostics” op pagina 19 voor het signaleren van ernstigere oorzaken.
3
Neem contact op met Dell voor technische assistentie.
Code Oorzaak Code Oorzaak
1-1-2 Storing register microprocessor 3-3-4 Storing tijdens test videogeheugen
1-1-3 Storing tijdens lezen/schrijven NVRAM 3-4-1 Storing tijdens initialisatie scherm
1-1-4 Fout in controlesom ROM BIOS 3-4-2 Storing bij scherm opbouwen
1-2-1 Storing bij programmeerbare intervaltimer 3-4-3 Storing tijdens opzoeken video-ROM
1-2-2 Storing tijdens initialisatie DMA 4-2-1 Geen timersignaal
1-2-3 Storing tijdens lezen/schrijven DMA-
paginaregister
4-2-2 Storing tijdens afsluiten
1-3 Storing tijdens test videogeheugen 4-2-3 Storing bij poort A20
1-3-1 tot
en met 2-4-4
Geheugen niet goed herkend of gebruikt 4-2-4 Onverwachte interrupt in beveiligde
modus
3-1-1 Storing tijdens registratie DMA-slave 4-3-1 Geheugenstoring boven adres
0FFFFh
3-1-2 Storing tijdens registratie DMA-master 4-3-3 Storing bij teller 2 van timerchip
3-1-3 Storing tijdens registratie masker
masterinterrupt
4-3-4 Tijd-van-de-dag klok gestopt
3-1-4 Storing tijdens registratie masker slave-
interrupt
4-4-1 Storing tijdens test seriële of
parallelle poort
3-2-2 Fout tijdens laden interruptvector 4-4-2 Storing tijdens decomprimeren code
naar schaduwgeheugen
3-2-4 Storing tijdens test toetsenbordcontroller 4-4-3 Storing tijdens test mathematische
co-processor
3-3-1 Uitval voeding NVRAM 4-4-4 Storing tijdens cachetest
3-3-2 Ongeldige NVRAM-configuratie