MGE UPS Systems EX20 Power Supply User Manual


 
Pulsar EX : 51032306XT/BB 83
MGE UPS SYSTEMS
SNMP-communicatie
De communicatie-aansluiting 13 aan de
achterzijde van de Pulsar EX verschaft
informatie via een RJ45-connector met
gebruikmaking van het SNMP-protocol. Het
etiket op de bovenkant van de connector 13
geeft het MAC-adres van het apparaat aan.
communicatie
status informatie
De "Basic" communicatie-aansluiting 10
aan de achterzijde van de Pulsar EX
verschaft statusinformatie over de Pulsar EX
via een 9-polige SUB-D-connector met de
volgende pin-layout:
1- massa,
4- werking op netstroom,
5- hoofdleiding,
6 - werking op "automatische bypass",
7- waarschuwing accu bijna leeg,
8- werking op omvormer,
9- werking op accu.
communicatie via
RS232/ASCII
De "U-Talk" communicatie-aansluiting 11 aan
de achterzijde van de Pulsar EX verschaft
informatie via een RS232 serieel interface
met gebruik van een exclusief MGE UPS
SYSTEMS communicatieprotocol. De
Solution-Pac™ software maakt het mogelijk
de gegevens te verwerken die via dit protocol
beschikbaar zijn.
Uitschakelvermogen van de relais:
Vmax = 30V
Imax = 100 mA
n.o. = normaal open,
n.d. = normaal dicht.
10
n.o.
n.d.
n.o. n.o.n.o.
5432
1
9
876
hoofdleiding
11
5432
1
9876
0V
RD TD
13
5432
1
876
TD+
TD-
RD-
RD+
0080C8ABAA01
c uw MAC-adres is van het type:
0080C8 ZZ XX YY;
c uw standaard IP-adres is:
168.8.xx.yy (xx et yy staan voor de decimale
waarden van XX en YY).
In bovenstaand voorbeeld hoort bij het
MAC-adres 0080C8 AB AA 01, het IP-adres
168.8.170.1.
Zie voor een optimale benutting van de
mogelijkheden van uw Pulsar EX - SNMP-
versie de gebruiksaanwijzing in directory
emb/ex/snmp/ex-i2c/release.3xx van de
Solution-Pac™ CD-ROM.
Vraag uw dealer om verdere informatie.
Met de EX Driver software 18 kunt u de
Pulsar EX programmeren voor uw specifieke
gebruiksomstandigheden (EX Tuner), de
omvormer bewaken en uw systeem veilig
laten functioneren (UPS Manager 3.1). Om
EX Driver
te installeren moet de meegeleverde
communicatiekabel worden aangesloten
enerzijds op de COM1 tot COM4 serie-
aansluiting (parameters instelbaar via EX Tuner)
van een computer die onder Windows 3.1 of
Windows 95 draait, en anderzijds op
connector 11 van de Pulsar EX. Plaats de
diskette in het diskettestation en lanceer
A:\install. Volg de installatieinstructies die op
het scherm verschijnen. U heeft nu toegang
tot 2 programma’s:
c EX Tuner om de Pulsar EX op uw
specifieke omstandigheden af te stemmen;
c UPS Manager 3.1 om het systeem te
bewaken en veilig te laten functioneren.