Yamaha PM5D-RH V2 Computer Monitor User Manual


 
PM5D/PM5D-RH V2 / DSP5D Gebruikershandleiding Gedeelte Naslagwerk 187
Informatie
op de display
Functiemenu
Algemene
functies
Uitgangs-
functies
Ingangs-
functies
Appendices
In dit scherm kunt u parameterinstellingen van een kanaal
of parameter in de huidige scene kopiëren en ze in een of
meer geheugens in het scenegeheugen plakken.
A PASTE MODE
Selecteer het type kopieerbronparameter uit de
volgende mogelijkheden. U kunt niet meer dan één
type tegelijk selecteren.
INPUT . . . . . . Parameters ingangskanaal
OUTPUT . . . .Parameters uitgangskanaal
DCA, GEQ, EFFECT . . . .DCA-niveau of dempen
aan/uit, GEQ-instellingen,
instellingen intern effect
B CURRENT SCENE
Hier kunt u de kanalen en parameters selecteren die uit
de momenteel geselecteerde scene worden gekopieerd.
Welke inhoud wordt weergegeven in dit gebied, is
afhankelijk van de door u gekozen plakmodus (
1).
Als Paste Mode= INPUT
Selecteer ingangskanalen in het linkergedeelte en
parameters in het rechtergedeelte. U kunt de volgende
parameters selecteren.
Als Paste Mode= OUTPUT
Selecteer uitgangskanalen in het linkergedeelte en
parameters in het rechtergedeelte. U kunt de volgende
parameters selecteren.
Opmerking
Als Paste Mode = INPUT en de parameter die wordt geplakt
NAME is, wordt de aan de geselecteerde scene gekoppelde
bibliotheek automatisch gezocht en geplakt.
Als andere scenes naar deze bibliotheek verwijzen, moet u
er rekening mee houden dat de plakbewerking de
bibliotheek overschrijft, wat invloed kan hebben op
andere scenes.
GLOBAL PASTE-scherm
GLOBAL PASTE
1
2
ALL Alle parameters behalve HA, PATCH en NAME
ATT Attenuator
EQ Instellingen EQ-functie
GATE GATE-functie-instellingen
COMP Instellingen COMP-functie
DELAY Instellingen DELAY-functie
FADER Faderniveau
ON Aan/uit-status CH [ON]-toets
PAN/BAL Pan/balans-instellingen
INSERT Aan/uit-status van insert en invoegpunt
SEND
*1
*1. Als de knop SEND is ingeschakeld, gebruikt u de
knoppen MIX (1–24) om de geschikte MIX-bus te
selecteren. Als de MIX-bus gepaard is, wordt SEND
PAN opgenomen in PAN/BAL als FOLLOW PAN "VARI"
is ingeschakeld, of opgenomen in SEND als FOLLOW
PAN "VARI" is uitgeschakeld.
Verzendniveau naar de gewenste MIX-bus(sen)
DCA Gekoppelde DCA-groep
MUTE Gekoppelde mutegroep
LCR LCR-scherminstellingen
HA
Instellingen voor de hoofdversterker die is
toegewezen aan het overeenkomstige
ingangskanaal
PATCH
Instellingen voor de ingangspatch die is
toegewezen aan het overeenkomstige
ingangskanaal
NAME
Naam die is toegewezen aan het
overeenkomstige ingangskanaal
EQ Instellingen EQ-functie
COMP Instellingen COMP-functie
DELAY Instellingen DELAY-functie
FADER Faderniveau
ON Aan/uit-status CH [ON]-toets
BAL Balansinstellingen
INSERT Aan/uit-status van insert en invoegpunt
TO MTRX
*1
*1. Als de knop TO MTRX is ingeschakeld, gebruikt u de
MATRIX-knoppen (1–8) om de desbetreffende
MATRIX-bus te selecteren.
Verzendniveau naar de gewenste MATRIX-
bus(sen)
DCA Gekoppelde DCA-groep
MUTE Gekoppelde mutegroep
LCR LCR-scherminstellingen
WITHOUT
MIX SEND/
WITH MIX
SEND
Hiermee selecteert u of het verzendniveau dat
vanuit ingangskanalen naar de geselecteerde
MIX-bus wordt verzonden, wordt opgenomen
(WITH...) of niet wordt opgenomen
(WITHOUT...) in de geplakte gegevens.