71
Probleemoplossing
Problemen van algemene aard:
V: In het beeldschermmenu staat geen ‘
✹
’ bij een poort waarop een ingeschakelde
computer aangesloten is. Wat moet ik doen?
A: • Druk tegelijk op de knoppen [BANK/SCAN] en [CHANNEL] op het frontpaneel van de
OmniView
™
PRO om de beginwaarden in te stellen. Ga opnieuw naar het
Beeldschermmenu. Dit moet nu alle actieve poorten herkennen.
V: Bij het opstarten ziet de MASTER module de ‘slave’ module resp. modules niet.
A: • Raadpleeg het hoofdstuk ‘Apparatuur installeren’ voor informatie over de correcte
verbinding van de doorluskabel.
• Gebruik een doorluskabel type F1D108nCBL. Andere kabels bieden geen zekerheid
wat betreft correcte werking en videokwaliteit.
• Stel de MASTER OmniView
™
PRO op de beginwaarde in (‘resetten’).
• Hoewel de ‘slave’ module normaal zonder eigen voeding werkt, kunt u proberen deze
toe te voegen.
V: De namen op mijn beeldschermmenu zijn gewist en zijn weer teruggezet op Channel
1, Channel 2 enzovoort. Wat is er gebeurd?
A: • U hebt misschien de knoppen [SCROLL LOCK] [DEL] ingedrukt. Hierdoor worden alle
namen in het beeldschermmenu gewist.
Problemen met monitor/video:
V: Ik krijg spookbeelden, schaduwen of vage beelden op mijn beeldscherm te zien. Wat
moet ik doen?
A: • Controleer de kabels en zorg dat deze correct aangesloten zijn.
• Uw resolutie of herhalingsfrequentie is te hoog ingesteld of de gebruikte aansluitkabel
is te lang. Vervang uw VGA-kabels door coaxiale, dubbel afgeschermde kabels zoals
Belkin type A3H981nXX.
• Controleer of de voedingsadapter aangesloten is en correct functioneert. Deze moet
voldoen aan 12 V (gelijkstroom), 1000 mA minimaal. Zorg dat de schakelaar op AAN staat.
• Kies een lagere herhalingsfrequentie en/of beeldresolutie.
Problemen met het toetsenbord:
V: Het toetsenbord wordt niet herkend of de computer meldt een toetsenbordfout
tijdens opstarten.
A: • Controleer de kabels en zorg dat deze correct met de juiste poorten verbonden zijn.
• Controleer of de voedingsadapter aangesloten is en correct functioneert. Deze moet
voldoen aan 12 V (gelijkstroom), 1000 mA minimaal. Zorg dat de schakelaar op AAN staat.
• Druk tegelijk op de knoppen [BANK/SCAN] en [CHANNEL] op het frontpaneel van de
OmniView
™
PRO om de beginwaarden in te stellen. Ga opnieuw naar het
Beeldschermmenu. Dit moet nu alle actieve poorten hebben herkend.
• Druk geen toetsen op het toetsenbord in terwijl de gekozen computer bezig is op te
starten. Dit geldt voor elke PC, zowel vrijstaand als aangesloten op een
KVM-schakelmodule.
V: De computers starten probleemloos maar het toetsenbord werkt niet.
A: • Controleer de kabels en zorg dat zij correct op de juiste poorten aangesloten zijn.
• Controleer of het toetsenbord werkt als u dit rechtstreeks op de computer(s) aansluit.
• Probeer een ander toetsenbord maar gebruik uitsluitend een 101-key, 102-key of
104-key toetsenbord.
• Zorg dat u een stuurprogramma gebruikt voor 101-key, 102-key of 104-key
toetsenborden en niet voor oudere XT-toetsenborden.
• Controleer of de voedingsadapter aangesloten is en correct functioneert. Deze moet
voldoen aan 12 V (gelijkstroom), 1000 mA minimaal. Zorg dat de schakelaar op AAN staat.
• Druk tegelijk op de knoppen [BANK/SCAN] en [CHANNEL] op het frontpaneel van de
OmniView
™
PRO om de beginwaarden in te stellen. Ga opnieuw naar het
Beeldschermmenu. Dit moet nu alle actieve poorten hebben herkend.
Ne
P72895_F1D104nOSD-univ_man.qxd 7/16/01 3:31 PM Page 71