Faxen
WorkCentre 6400 multifunctionele printer
Gebruikershandleiding
116
De printer kan gescande bestanden naar de opslagplaats overbrengen via een van de volgende protocollen:
•FTP
•SMPB
•HTTP
•HTTPS
•STMP
Opmerking: Voor meer informatie over het configureren van een faxopslagplaats, raadpleegt u de
System Administrator Guide (Handleiding voor de systeembeheerder).
Serverfax verzenden
Een serverfax verzenden:
1. Plaats het document.
• Glasplaat: plaats de eerste pagina van het document dat u wilt faxen met de beeldzijde omlaag
op de glasplaat, waarbij de bovenkant van de pagina naar de linkerkant van de printer wijst.
• AOD: verwijder nietjes and paperclips van de pagina's en plaats ze met de beeldzijde omhoog
in de AOD, waarbij de bovenkant van de pagina als eerste in de AOD wordt ingevoerd.
• Druk op het bedieningspaneel op de toets Startpagina Functies.
2. Selecteer het pictogram Serverfax.
3. Doe het volgende:
• Voer een faxnummer (telefoonnummer) in met behulp van de aantaltoetsen of selecteer
Kiestekens om het aanraakscherm te gebruiken.
• Voer een snelkiesnummer in en schakel het selectievakje Snelkiezen in.
4. Selecteer Toevoegen.
5. Pas de faxopties aan. Zie Faxopties selecteren op pagina 119 voor meer informatie.
6. Druk op de toets Start. De printer scant de pagina's en verzendt het document zodra alle pagina's
zijn gescand.
7. Om een bevestigingspagina met daarop de verzendstatus van de fax af te drukken, schakelt u
de optie Bevestigingsoverzicht in. Zie Een bevestigingsoverzicht afdrukken op pagina 124 voor
meer informatie.