Pagina 42 - 51030375NL/CB
5. Onderhoud
5.1 Opsporen van storingen
Storingen kunnen worden geïdentificeerd aan de hand van de status van LED’s 34 , 35 , 36 en de buzzer.
Alle storingen kunnen in detail op het display worden vermeld.
1 - Kies op het scherm de alarmmelding waarvoor een diagnose gewenst is.
2 - Houd de desbetreffende functietoets ingedrukt voor een lijst van mogelijke oorzaken van de storing en bijbehorende
oplossingen.
LED 34
-
-
LED 35
-
LED 36
-
-
Buzzer
bliept
bliept
bliept
Betekenis
NORMALE AC-circuit afwezig
UPS uitgeschakeld
aan einde autonomie batterij
UPS uitgeschakeld door storing
waarvoor de servicedienst moet
worden ingeschakeld.
5.2 Life Cycle Monitoring (LCM)
◗ De "Life Cycle Monitoring" functie geeft instructies voor het onderhoud
van de UPS zodat de gebruiker steeds verzekerd is van een
operationele installatie.
◗ Het display geeft 3 meldingen met de volgende informatie:
- Einde van de contractuele wettelijke garantie: "Controle einde
garantie aanbevolen".
- Normaal onderhoud, einde van de levensduur van de slijtonderdelen:
"Technische controle aanbevolen".
- Einde van de levensduur van de batterijen: "Controle batterijen
noodzakelijk".
Deze meldingen worden gesignaleerd door het aangaan van LED 35
en het overgaan van de buzzer.
De meldingen kunnen worden gewist door op de functietoets 32 te
drukken. LED 35 en de buzzer gaan dan uit en de "Algemeen alarm"-
melding verdwijnt.
32
35
?