Yamaha DSP5D Computer Monitor User Manual


 
PM5D/PM5D-RH V2 / DSP5D Gebruikershandleiding Gedeelte Naslagwerk 177
Informatie
op de display
Functiemenu
Algemene
functies
Uitgangs-
functies
Ingangs-
functies
Appendices
P EDIT
Met deze knoppen kunt u de volgorde van de scenes in
het geheugen wijzigen.
CUT
Hiermee wordt de in de lijst geselecteerde scene
geknipt en in een tijdelijke geheugenbuffer geplaatst.
Erop volgende scenes worden één scene naar voren
verplaatst.
COPY
Hiermee wordt de in de lijst geselecteerde scene in de
geheugenbuffer gekopieerd. Dit heeft geen invloed op
de kopieerbron en andere scenes.
INSERT
Hiermee wordt de scene uit de geheugenbuffer
ingevoegd bij het in de lijst geselecteerde nummer.
Scenes die volgen op het nummer waarbij u de scene
hebt ingevoegd, worden één scene naar achteren
verplaatst.
PASTE
Hiermee wordt het in de lijst geselecteerde lege
nummer overschreven met de scene uit de
geheugenbuffer. Dit heeft geen invloed op andere
scenes.
CLEAR
Hiermee wordt de in de lijst geselecteerde scene
verwijderd.
UNDO
Hiermee wordt de laatste bewerking die in het gebied
EDIT is uitgevoerd, geannuleerd.
Opmerking
Als u op een van deze knoppen klikt, wordt een
bevestigingsbericht weergegeven.
Als er een alleen-lezen of beveiligde scene is geselecteerd
in de lijst, zijn de knoppen CUT, INSERT en CLEAR grijs en
kunnen ze niet worden gebruikt.
Als er een bestaande scene is geselecteerd in de lijst, is de
knop PASTE grijs en kan deze niet worden gebruikt.
Als de lijst is gesorteerd op titel, zijn de knoppen CUT,
INSERT en UNDO grijs.
Als u de inhoud van een scene wijzigt met bewerkingen in
andere gedeelten dan EDIT, is de knop UNDO grijs.
Q DIRECT RECALL ASSIGN
Hiermee kunt u de scenes selecteren die rechtstreeks
worden opgeroepen met de toetsen SCENE MEMORY
[1]–[8] op het paneel. Deze functie is beschikbaar als
de knop DIRECT RECALL is ingeschakeld.
Als u de cursor verplaatst naar het veld aan de
linkerkant en aan de [DATA]-encoder draait, of als u
op de knoppen / klikt om een scenenummer te
selecteren, wordt de scenenaam weergegeven in het
veld aan de rechterkant.
R DIRECT RECALL/MUTE MASTER
Deze zijn gekoppeld aan de knoppen DIRECT
RECALL/MUTE MASTER die onderaan op de display
worden weergegeven. ( p. 165)
Met de functie Event List kunt u scenes registreren in de
volgorde van gebruik, zodat deze scenes handmatig of
automatisch kunnen worden opgeroepen, afhankelijk van
de opgegeven tijdcode of het opgegeven interval.
Opmerking
Het instellingsscherm voor de PM5D wordt altijd
weergegeven, ook als de DSP5D een cascadeverbinding
heeft.
A EVENT LIST ENABLE/DISABLE
Gebruik de volgende drie knoppen om de functie
Event List in/uit te schakelen.
DISABLE
Met de functie Event List worden geen scenes
opgeroepen die zijn geregistreerd in de eventlijst.
ENABLE [ALL MANUAL]
Scenes die in de eventlijst zijn opgeslagen, kunnen
alleen handmatig worden opgeroepen. Als de lijst
gebeurtenissen bevat waarvoor een tijdcode is
opgegeven, wordt de gebeurtenis die kandidaat is voor
het oproepen, gewijzigd als de tijdcode voortschrijdt,
maar worden gebeurtenissen pas daadwerkelijk
opgeroepen als de oproepbewerking handmatig wordt
uitgevoerd.
ENABLE
Scenes die in de lijst met gebeurtenissen zijn opgeslagen,
worden opgeroepen volgens de opgegeven voorwaarde
(tijdcode, interval of handmatige bewerking).
EVENT LIST-scherm
EVENT LIST
1
3
2