HOOFDSTUK 4 BEDIENINGSPANEEL
4-43
✒ Opmerkingen
Schrijft u het eerste of tweede font weg naar de geheugenkaart, let dan op
het volgende:
Het lettertype wordt eerst tijdelijk in het printergeheugen opgeslagen.
Heeft het font meer geheugen nodig dan er beschikbaar is, dan volgt er
een foutmelding. Deze foutmelding kunt u met de CONTINUE-toets
wissen. Omdat nu niet alle fontgegevens in het geheugen zijn
opgeslagen, kan het font niet worden weggeschreven naar de kaart.
Als de fontgegevens wel kunnen worden opgeslagen, wordt de printer
teruggesteld, zodat er zo veel mogelijk geheugen beschikbaar is.
Achtergebleven gegevens worden afgedrukt.
Schrijft u een font weg terwijl de printer in de stand voor 600 of 1200
dpi staat, dan kan het weggeschreven lettertype niet met een resolutie
van 300 dpi worden gebruikt.
Download font
✒ Opmerkingen
Het “Download font” menu verschijnt alleen in de HP LaserJet-
emulatiestand.
Druk voordat u naar dit menu overschakelt een fontlijst af met behulp
van de TEST-toets, zodat u de identificatie van het download font kunt
controleren. Selecteer in dit menu het lettertype met dezelfde
identificatie als het font op de lijst.
Bevinden zich download fonts in het printergeheugen, dan kunnen deze op
de Flash-geheugenkaart of de HDD-kaart worden weggeschreven.
De printer vraagt u de identificatie op te geven van het weg te schrijven
font. U vindt deze ID in de fontlijst. Druk op ▲ of ▼ om de cursor op de
identificatie van het gewenste lettertype te zetten en selecteer deze m.b.v.
SET.
FONT-ID=#####
✒ Opmerking
De identificatie van het download font verschijnt niet als er geen
download lettertypen naar de printer zijn gestuurd.
Na het kiezen van de gewenste identificatie drukt u weer op de SET-toets
zodat de printer het gekozen download font wegschrijft op de Flash-
geheugenkaart. Vector lettertypen of rasterfonts worden met de
oorspronkelijke indeling weggeschreven.