GEBRUIKERSHANDLEIDING
Appendix–6
✒ Opmerking
De fabrikant geeft geen aanbevelingen m.b.t. te gebruiken papiersoorten
en waarborgt het gebruik van enig papier evenmin. De gebruiker van de
printer is zelf verantwoordelijk voor de kwaliteit van het papier dat in de
printer gebruikt wordt.
Papiersoorten die niet gebruikt moeten worden
Sommige soorten papier zijn minder geschikt voor deze printer, of
kunnen de printer beschadigen.
Onderstaande papiersoorten moeten niet worden gebruikt:
1. Ruw of grof papier.
2. Glad of glanzend papier.
3. Gecoat papier of papier dat met chemicaliën is afgewerkt.
4. Beschadigd, gekreukt of voorgevouwen papier.
5. Papier dat zwaarder is dan het in de handleiding maximaal aanbevolen
gewicht.
6. Papier met lipjes of nietjes.
7. Briefhoofden waar gebruik is gemaakt van lage-temperatuur verf of
thermografie.
8. Meerdelig papier of papier zonder koolstof.
SCHADE OF ANDERE DEFEKTEN ALS GEVOLG VAN HET
GEBRUIK VAN BOVENSTAAND PAPIER WORDEN NIET DOOR
GARANTIE OF ONDERHOUDSOVEREENKOMSTEN GEDEKT.
■
■■
■ SPECIFIKATIES VOOR ENVELOPPEN
Uw printer kan met de meeste enveloppen werken. De manier waarop
sommige enveloppen zijn gevouwen kan bij de doorvoer of bij het
afdrukken echter problemen opleveren. Geschikte enveloppen zijn recht
en scherp gevouwen en hebben niet meer dan twee lagen papier. De
enveloppe moet plat en vlak liggen, mag niet slordig zijn gevouwen en het
papier moet van goede kwaliteit zijn. Het is raadzaam om alleen
enveloppen van hoge kwaliteit te kopen; vertel uw leverancier dat de
enveloppen in een laser printer gebruikt zullen worden. Om u te
verzekeren van een acceptabele afdruk moet u eerst een testafdruk maken.
Onderstaande soorten enveloppen moeten niet worden gebruikt:
1. Enveloppen met papier dat zwaarder is dan het in de handleiding
aangegeven gewicht.
2. Enveloppen van inferieure kwaliteit, met onregelmatige randen.
3. Enveloppen die slordig zijn gevouwen of met onscherpe vouwen.
4. Enveloppen met een doorzichtig venster, met gaten, uitsnijdingen of
perforaties.