21
Hoofdstuk 5: De Wireless-G ADSL-gateway voor thuisgebruik configureren
Het tabblad Setup (Instellingen)
Wireless-G ADSL-gateway voor thuisgebruik
• Static Routing (Statische routing). Als de gateway is verbonden met meer dan één netwerk, is het wellicht
nodig om een statische route tussen de verschillende netwerken in te stellen. Een statische route is een
vooraf bepaald pad waarover netwerkgegevens moeten gaan om bij een bepaalde host of een bepaald
netwerk te komen. Als u een statische route wilt configureren, wijzigt u de volgende instellingen:
• Select set number (Nummer selecteren). Selecteer het nummer van de statische route in het
vervolgkeuzemenu. U kunt 20 statische routes opgeven. Als u een route moet verwijderen, selecteert
u de desbetreffende vermelding en klikt u op de knop Delete This Entry (Item verwijderen).
• Destination IP Address (Doel-IP-adres). Het doel-IP-adres is het adres van het externe netwerk of de
externe host waaraan u een statische route wilt toewijzen. Geef het IP-adres op van de host waarvoor
u een statische route wilt maken. Als u een route naar een volledig netwerk opbouwt, moet u het
netwerkgedeelte van het IP-adres instellen op 0.
• Subnet Mask (Subnetmasker). Voer het subnetmasker in (ook wel het netwerkmasker genoemd). Hiermee
wordt bepaald welk deel van een IP-adres het netwerk aangeeft en welk deel de host.
• Gateway. Voer het IP-adres in van het apparaat dat als gateway dient en dat de verbinding tussen de
gateway en het externe netwerk of de externe host mogelijk maakt.
• Hop Count (Aantal sprongen). Dit is het aantal sprongen naar elk knooppunt voordat de bestemming wordt
bereikt (maximaal 16 sprongen). Geef het aantal sprongen op in het desbetreffende veld.
• Show Routing Table (Routingtabel weergeven). Klik op de knop Show Routing Table (Routingtabel
weergeven) om een scherm te openen waarin u kunt zien hoe de gegevens door het lokale netwerk worden
gerouteerd. U ziet van elke route het doel-IP-adres van het LAN, het subnetmasker, de gateway en de
interface. Klik op de knop Refresh (Vernieuwen) om de gegevens bij te werken. Klik op de knop Close
(Sluiten) als u wilt terugkeren naar het vorige scherm.
Wanneer u alle gewenste wijzigingen hebt aangebracht, klikt u op de knop Save Settings (Instellingen opslaan)
om de wijzigingen op te slaan, of klikt u op de knop Cancel Changes (Wijzigingen annuleren) om de wijzigingen
ongedaan te maken.
Afbeelding 5-13: Routing Table (Routingtabel)